
Schorsing van een ontruiming is makkelijker geworden
Indien u gelijk hebt gekregen van een rechter zit u er niet op te wachten dat u niets met het vonnis kan, met andere woorden dat het vonnis niet ten uitvoer kan worden gelegd.
Dit geldt bijvoorbeeld voor de ontruiming van een woning die door de rechter is uitgesproken. Doorgaans heeft de verhuurder er belang bij dat die ontruiming zo spoedig mogelijk wordt uitgevoerd. Bij de rechter wordt daarom vrijwel altijd gevraagd om het vonnis “uitvoerbaar bij voorraad” te verklaren. Een uitvoerbaarverklaring bij voorraad betekent dat een vonnis ten uitvoer kan worden gelegd ook als er hoger beroep wordt ingesteld, in dit voorbeeld door de huurder.
De mogelijkheden om nog wat tegen een ‘uitvoerbaar bij voorraad’ verklaard vonnis te doen zijn echter vergroot. Dit was volgens de vaste rechtspraak vrijwel onmogelijk, de Hoge Raad heeft hiervoor echter een nieuw criterium geformuleerd:
- Uitgangspunt is dat een vonnis ten uitvoer gelegd kan worden. Van dit uitgangspunt kan afgeweken worden als de veroordeelde een groter belang heeft bij behoud van de bestaande situatie dan het belang van de executant bij uitvoering van het vonnis.
- De kans van slagen van een procedure in hoger beroep blijft buiten beschouwing, met dien verstande dat de rechter in zijn oordeel kan betrekken of het vonnis berust op een kennelijke misslag.
- Als de uitvoerbaarverklaring bij voorraad van het vonnis is gemotiveerd door de rechter, moet degene die schorsing verzoekt aan zijn vordering feiten of omstandigheden aanvoeren die zich na het wijzen van het vonnis hebben voorgedaan of aantonen dat het vonnis berust op een kennelijke misslag. Als de uitvoerbaarverklaring bij voorraad niet is gemotiveerd, hoeft dat niet.
Door deze nieuwe norm zijn de kansen groter geworden om in kort geding op te komen tegen een uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis en zullen dergelijke kort geding procedures naar verwachting toenemen. Teneinde dit risico te beperken is het van belang om in de procedure de rechter te verzoeken een uitvoerbaarverklaring bij voorraad van het vonnis te motiveren.
Voor de vastgoedpraktijk is verder van belang dat bij de belangenafweging het belang van de huurder om een dak boven zijn hoofd te behouden een rol zal spelen. De rechtspraak van de laatste maanden laat zien, in ieder geval tijdens de lockdown, toen bijvoorbeeld geen hulpverlening actief was, dat aan dit belang zwaar wordt getild.