Nieuws

(Uitgekleed) Ouderlijk gezag

(Uitgekleed) Ouderlijk gezag

Het ouderlijk gezag is in de wet vastgelegd als de plicht en het recht van een ouder om zijn/haar kinderen op te voeden. De moeder krijgt in principe altijd het ouderlijk gezag over haar kind, uitzonderingen hierop zijn als de moeder zelf minderjarig is of onder curatele staat.

 

Als een ouder het ouderlijk gezag heeft, heeft die ouder de bevoegdheid om beslissingen over belangrijke zaken in het leven van een kind te nemen. Beslissingen over belangrijke zaken in het leven van de kinderen moeten de gezaghebbende ouders dus gezamenlijk nemen.

Voorbeelden van dergelijke beslissingen zijn:

  • de verblijfplaats van het kind;
  • de schoolkeuze;
  • het nemen van medische beslissingen betreffende het kind;
  • lidmaatschap van verenigingen;
  • het verkrijgen van een paspoort of ID kaart.

Ook mogen de ouders met gezag informatie ontvangen van derden die vanwege hun beroep informatie over de kinderen hebben, zoals artsen en leraren. Als een van de ouders met gezag overlijdt, zet de andere gezaghebbende ouder het gezag alleen voort. Het ouderlijk gezag eindigt als het kind 18 jaar oud wordt.

Wanneer is sprake van ouderlijk gezag?

De vader krijgt het ouderlijk gezag als hij gehuwd is of een geregistreerd partnerschap heeft met de moeder. Als de ouders niet gehuwd of geregistreerd partner zijn, kan het gezag met instemming van de gezaghebbende ouder (de moeder) verkregen worden door het laten plaatsen van een aantekening in het gezagsregister. Het gezagsregister wordt bijgehouden door de rechtbank.

Indien de gezaghebbende ongehuwde ouder het gezag niet wil delen met de andere ouder, kan die ouder de rechtbank verzoeken om te bepalen dat beide ouders met het gezag over hun kind belast worden.

Ouderlijk gezag na scheiding

Na echtscheiding behouden de gezaghebbende ouders in beginsel altijd het ouderlijk gezag over hun minderjarige kinderen. Het is voorstelbaar dat gescheiden ouders of ouders in een scheidingssituatie een conflict krijgen over de invulling van het ouderlijk gezag. In dat geval kan - als de ouders niet tot een oplossing komen - de rechter gevraagd worden om een gezagsbeslissing te nemen.

Een voorbeeld waarbij dit kan gebeuren is een “vechtscheiding” waarbij de belangen van de kinderen uit het oog worden verloren. Vaak gaat het dan om een ernstig en langdurig conflict over de verdeling van de contactmomenten of de gewone verblijfplaats van het kind. In dat geval kan de rechter beslissen het gezag aan een van de ouders toe te kennen. Dit is overigens een beslissing die de rechter niet snel zal nemen.

Uitgekleed ouderlijk gezag

De laatste jaren zijn in de rechtspraak beslissingen te vinden, waarbij de rechter het gezamenlijk gezag wel in stand laat, maar het gezag inperkt of voorwaarden stelt aan de gezagsuitoefening. Dit wordt ook wel “uitgekleed ouderlijk gezag” genoemd.

De diverse uitspraken waarin de rechter het gezag heeft beperkt, zijn toegespitst op de omstandigheden van het geval. Duidelijk is wel dat het beperkte of uitgeklede gezag een middel is dat ingezet kan worden indien het beëindigen van het gezag een te zwaar middel is, maar het ongewijzigd voorzetten van het gezamenlijk gezag niet in het belang van het kind is.

Het uitgeklede gezag kan ook spelen bij de toekenning van gezamenlijk gezag door de rechter. De rechter kan het gezag alsnog aan de niet gezaghebbende ouder toekennen, maar kan hier voorwaarden of restricties aan verbinden.

In alle gevallen dient de rechter uiteraard nauwkeurig te omschrijven welke beslissingen de ouders samen moeten nemen en welke beslissingen een ouder alleen mag nemen. 

Gerelateerde artikelen

Rechtsgebieden

Ervaring in alle zaken waarmee ondernemers in aanraking komen.

Contact

Dubbelsteynlaan West 39
3319 EK Dordrecht

Postbus 9069
3301 AB Dordrecht

T: +31 (0)78 630 00 00
F: +31 (0)78 630 00 22
E: info@dekoningadvocaten.nl

Algemeen

Deze website gebruikt cookies om uw ervaring te personaliseren en uw websitegebruik te analyseren.