
07-07-17 Tweede Kamer wil debat over feitenonderzoek naar DuPont
De Koning Advocaten
Kamerlid Jessica van Eijs (D66) noemt het rapport 'schokkend'. Ze vroeg een debat aan in de Tweede Kamer. Dat verzoek is inmiddels door een meerderheid van de Kamer ondersteund. ,,We willen opheldering'', aldus Van Eijs. ,,Hoe kan het dat de inspectie dit bedrijf zo lang zijn gang heeft laten gaan? Gezondheid moet altijd voorop staan.''
Asscher (PvdA) liet het feitenonderzoek doen om daar lessen uit te trekken voor de toekomst. Er werden vragen gesteld aan de huidige directeuren en aan oud-directieleden van Chemours en DuPont. De bedrijven hebben gigantische stapels documenten beschikbaar gesteld. Het zijn onder andere jaarverslagen, onderzoeksrapporten over DMAC en C8, meetrapporten, veiligheidsinstructies, brieven en interne memo's. Het ministerie voerde gesprekken met voormalige leden van de ondernemingsraad, en er zijn rijksarchieven geraadpleegd.
De inspectie concludeert in het rapport dat DuPont meer kennis had dan de overheid over de stoffen C8 en DMAC. Die kennis werd door de fabriek binnenskamers gehouden of pas later openbaar gemaakt, aldus de minister. Ook blijkt dat de Arbeidsinspectie tot 2011 niet controleerde op de blootstelling aan gevaarlijke stoffen. De toezichthouders waren uitsluitend gespitst op het voorkomen van ongevallen.
Blinde vlek
PvdA-raadslid Anton van Rees uit Sliedrecht vindt het bizar dat de Arbeidsinspectie een blinde vlek had voor de veiligheid van de werknemers. ,,Vijftig jaar ongecontroleerd gewerkt door DuPont'', aldus Van Rees.
SP-Kamerlid Cem Lacin noemt de uitkomst van het rapport 'schandalig'. ,,Dit moet anders''.
'Zorgelijk' vindt David Schalken van Beter Voor Dordt (de grootste partij in Dordrecht) de uitkomst. De Dordtenaar vraagt zich af of de inspectie in staat is alle ontwikkelingen in de branche bij te benen. ,,Er zijn veel vraagtekens'', zegt Schalken. ,,Ik vind dat de provincie zich de situatie erg moet aantrekken. Zij is verantwoordelijk voor de vergunningen.''
Vernietigd
Volgens Asscher is het onderzoek zeker niet compleet. Veel documenten van DuPont en Chemours zijn onvindbaar of vernietigd in de loop van de tijd. Volgens Asscher ontstaat wel ,,een best mogelijk beeld'' van de afgelopen 45 jaar.
,,Ik kan mij goed voorstellen dat (oud-)medewerkers zich zorgen maken over hun gezondheid. Ik besef dat ik deze zorgen niet kan wegnemen met dit onderzoek'', aldus de minister.
,,Ik heb de feiten over het omgaan met C8 en DMAC niet verzameld met het oog op een oordeel over het handelen van DuPont in het verleden of om antwoord te geven op de vraag of gezondheidsklachten bij oud-werknemers zijn veroorzaakt door vroegere werkomstandigheden in het bedrijf.''
Uit het onderzoek blijkt dat personeel van DuPont in Dordrecht in de jaren 80 al inzat over het werken met C8. Het personeel vraagt informatie over de stof van een onafhankelijke instantie.
DuPont antwoordt dat het bedrijf zelf vaak eerder op de hoogte is van bepaalde problemen dan onafhankelijke instanties. De fabriek stelt dat er aanpassingen komen op de werkvloer en dat er voldoende bescherming aanwezig is.
Bloedtest
De fabriek stelde ook de uitslagen van bloedtesten beschikbaar aan het ministerie. Daaruit blijkt dat in 2005 gemiddeld 2754 ppb C8 in het bloed is aangetroffen bij een groep personeelsleden die getest werd. De veilige waarde is volgens de huidige inzichten van het RIVM 89 ppb.
Volgens het bedrijf namen de waardes van de bloedtesten af vanaf 2009 toen de fabriek het werken met C8 afbouwde.
In 2013 werd bij een productiemedewerker evenwel nog 3800 ppb C8 gemeten.